Ierland stelt dat aspecten van de Britse moist onverenigbaar zijn met zijn verplichtingen uit hoofde van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Ierland zegt dat het Groot-Brittannië juridisch zal aanvechten vanwege een nieuwe moist die enige immuniteit biedt tegen vervolging voor misdrijven gepleegd tijdens drie decennia van sektarische geweld in Noord-Ierland.
De Ierse vice-premier Michael Martin zei woensdag dat zijn regering “na veel nadenken en zorgvuldige afweging” een juridische uitdaging lanceert tegen de Legacy and Reconciliation Invoice, die volgens critici de toegang tot de rechter voor slachtoffers en overlevenden belemmert.
De moist, september voorbijstopt de meeste vervolgingen wegens vermeende moordpartijen door gewapende groepen en Britse soldaten tijdens de Troubles, de drie decennia van geweld waarbij meer dan 3.500 mensen omkwamen.
Veel groepen op het Ierse eiland zijn fel gekant tegen de nieuwe moist, waaronder de households van de slachtoffers, mensenrechtenorganisaties en alle grote politieke partijen.
Martin zei dat Groot-Brittannië zich niet op de juiste manier had beziggehouden met mensen die door de moist werden getroffen voordat deze werd aangenomen.
“De Britse regering heeft deze wetgeving op 18 september 2023 aangenomen, waardoor elke mogelijkheid tot een politieke oplossing werd uitgesloten”, zei Martin. “We bevinden ons nu in een ruimte waarin ons enige verhaal bestaat uit het volgen van een legale weg.”
De Ierse premier Leo Varadkar zei dat de zaak voor het Europese Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg, Frankrijk, zal worden gebracht. Ierland is van plan te betogen dat aspecten van de moist onverenigbaar zijn met de verplichtingen van Groot-Brittannië op grond van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
De Verenigde Naties en de Raad van Europa hebben het standpunt van Ierland gesteund, zei Varadkar.
“Het is iets dat we oprecht doen met een gevoel van spijt en we zouden liever niet in deze positie verkeren, maar we hebben wel een toezegging gedaan aan de overlevenden in Noord-Ierland en aan de households van de slachtoffers dat we hen zouden steunen,” hij zei.
Tijdens de Troubles – een battle over de Britse overheersing in Noord-Ierland – stonden Ierse nationalistische gewapende groepen die op zoek waren naar een verenigd Ierland tegenover pro-Britse ‘loyalistische’ paramilitairen en het Britse leger. Uiteindelijk kwam er in 1998 een einde aan door een vredesakkoord.
Volgens de Britse regering worden nog ongeveer 1.200 sterfgevallen uit die tijd onderzocht.
De households van de slachtoffers hebben de nieuwe moist al aangevochten bij de Noord-Ierse rechtbanken.
Amnesty Worldwide Noord-Ierland adjunct-directeur Grainne Teggart zei dat de terugslag van de Ierse regering essentieel is.
“De Britse regering heeft hardnekkig deze wetgeving nagestreefd, die daders van ernstige mensenrechtenschendingen ervan weerhoudt ter verantwoording te worden geroepen. Het is belangrijk dat de Ierse regering dit standpunt inneemt”, zei ze.
“Deze uitdaging is van vitaal belang voor slachtoffers hier en over de hele wereld die geconfronteerd worden met het vooruitzicht van een soortgelijke door de staat geschonken straffeloosheid”, aldus Teggart.